Gedragscode voor ouders
Partijen/ouders erkennen de volgende uitgangspunten en gedragscode en verklaren hiernaar te zullen handelen:
1. Kinderen hebben recht op het contact met hun ouders;
2. Kinderen worden niet betrokken bij de conflicten tussen ouders, er wordt zorgvuldig een moment gekozen waarop problemen besproken kunnen worden tussen de ouders onderling;
3. Ouders praten niet negatief over elkaar in het bijzijn van de kinderen;
4. Wanneer een kind zich bij een ouder negatief uitlaat over de andere ouder dan reageert deze ouder neutraal en verwijst het kind naar de andere ouder om het betreffende onderwerp te bespreken. Kinderen met conflicterende ouders testen op deze wijze vaak de veiligheid bij de ouders door zich te beklagen over de andere ouder. Wanneer de andere ouder hier neutraal op reageert, ervaart het kind ruimte en geen loyaliteitsproblemen omdat er een veilig signaal afgegeven wordt. Het kind krijgt dan ondanks het conflict de ruimte ook van de andere ouder te houden. Dit punt geldt niet voor signalen die betrekking hebben op bijvoorbeeld kindermishandeling want hierin dient vanzelfsprekend wel actie in ondernomen te worden (www.meldcode.nl);
5. Fysiek,seksueel en verbaal grensoverschrijdend gedrag/geweld is schadelijk voor de ontwikkeling van kinderen en wordt door ouders niet gebruikt;
6. Als kinderen getuige zijn geweest van huiselijk geweld of ernstige conflicten zoeken ouders hulp voor het kind. Kinderen schuiven hun eigen gevoelens vaak aan de kant als zij getuige zijn geweest van huiselijk geweld. Zij maken dan geen contact meer met hun eigen basis gevoelens (bang, boos, blij, verdrietig) en nemen vaak de (gezins/ouder) problemen op zich, voelen zich schuldig en gaan aan de slag met oplossingen (“parentificatie”). Dit onthoudt hen van hun kind-zijn en is schadelijk voor hun ontwikkeling. Hier kunnen kinderen op speelse en bij hun leeftijd passende wijze (laagdrempelige) hulp voor krijgen bij bijvoorbeeld Fier Fryslân (let op de kleintjes, vingers in je oren en herrie in huis). Ook kunt u in het mediationtraject als ouders geholpen worden om zelf aan de slag te gaan en uw kinderen “te ontschuldigen”. Deelname aan het mattenspel of gesprekken met de kindbehartiger of kindercoach kunnen ook ingezet worden;
7. Het kind(eren) krijgt de ruimte een eigen relatie met de andere ouder te ontwikkelen/behouden en wordt hierin gestimuleerd door de andere ouder omdat het voor de ontwikkeling van een kind van belang is met beide ouders een relatie te onderhouden;
8. De ouder denkt bewust na over de invloed die hij/zij (in)direct op het kind kan uitoefenen door de problemen die de ouder zelf ervaart in contact met de andere ouder. De kans bestaat dat kinderen deze gevoelens overnemen en hierdoor in een loyaliteitsconflict raken. Ouders zoeken zo nodig hulp bij het verwerken van de scheiding en het omgaan met gevoelens en problemen die hiermee samenhangen om te voorkomen dat het kind hierdoor beïnvloed wordt;
9. De ouders spreken met elkaar af dat zij zich houden aan de algemene fatsoensregels die gangbaar zijn in het maatschappelijk verkeer. De ouders begroeten elkaar bij een ontmoeting waar de kinderen bij aanwezig zijn. Dit is voor de kinderen van belang en heeft een positieve invloed op de sfeer en omgang met elkaar;
10. Ouders accepteren en respecteren dat de (toekomstige) nieuwe partner van de andere ouder ook een rol zal spelen in het leven van hun kind en reageren in het bijzijn van het kind in ieder geval neutraal op de nieuwe partner van de andere ouder. Hierdoor voelt het kind de ruimte om ook een relatie met de nieuwe partner van vader en/of moeder op te bouwen. Partners en ook opa’s’en oma’s worden door ouders over de gedragscode geïnformeerd en gevraagd de gedragscode te respecteren.